Burger steeds meer centraal
Columns
Albert Hazelhoff, algemeen directeur Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) over hoe het CJIB in het werk de burger centraal stelt. Belangrijke succesfactor: de samenwerking met andere partijen.
Ombudsman Reinier van Zutphen schreef in de vorige column dat het CJIB een voorbeeld is van een organisatie die echt een omslag heeft gemaakt. Hij ziet dat wij eerder het verhaal achter boetes proberen te achterhalen, vaker betalingsregelingen mogelijk maken en eerder in contact treden met mensen die een boete wel willen, maar niet kunnen betalen. We zijn blij met deze erkenning die we van meerdere kanten krijgen.
Een onmisbare schakel bij deze andere manier van werken zijn onze medewerkers die direct contact hebben met burgers en bedrijven. Het is een verandering geweest die is ingezet mede op basis van signalen van medewerkers die werken op onze afdeling Dienstverlening. Zij merkten dat mensen hun boete wel wilden, maar niet konden betalen. Het CJIB heeft vervolgens in nauwe samenwerking met het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) en mede op basis van signalen van onze medewerkers, andere regelgeving en beleid tot stand gebracht. Dit beleid is een randvoorwaarde voor medewerkers om mensen te helpen aan hun verplichtingen te voldoen en daarbij de menselijke maat te hanteren. Intrinsiek is bij medewerkers van het CJIB de motivatie aanwezig om burgers van dienst te zijn en problemen te helpen voorkomen.
Domein overstijgende betalingsregeling
Er zijn meer initiatieven die ervoor zorgen dat we de burger centraal kunnen stellen in ons werk. Een voorbeeld daarvan is het clusteren van overheidsvorderingen zodat mensen met één gerechtsdeurwaarder te maken krijgen als er schulden zijn bij meerdere overheidsorganisaties. Liever willen we natuurlijk voorkomen dat er een gerechtsdeurwaarder moet worden ingeschakeld. Daarom hebben we het initiatief genomen met het ontwikkelen van een domein overstijgend betalingsregelingenbeleid. Op die manier kan het CJIB als Rijksincasso-organisatie namens JenV en andere overheidsorganisaties zoals DUO en CAK een regeling aanbieden. Zo kunnen we mensen helpen schulden bij verschillende partijen af te lossen. Hiermee leveren we als één overheid een bijdrage aan het terugdringen van schuldenproblematiek.
We weten dat de samenwerking met meerdere partijen – waaronder gemeenten - erg belangrijk is om het probleem bij de kern aan te pakken. We hebben daarom samen met andere grote uitvoeringsorganisaties en de Nederlandse Vereniging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren (NVVK) het convenant EenOverheid ondertekend. Het doel: mensen een toekomst bieden zonder problematische schulden. Een schuldenregeling is daarbij een belangrijk middel. Zo’n regeling stelt iemand in staat de financiën op orde te krijgen. Hierna kan iemand een betalingsregeling afspreken voor de eventueel nog openstaande strafrechtelijke vorderingen. Het ruimere betalingsregelingenbeleid maakt ook dat de strafrechtketen als geheel minder wordt belast. Het zorgt ervoor dat het CJIB, als gevolg van het niet kunnen innen van een strafbeschikking, minder zaken aan het openbaar ministerie hoeft over te dragen of op een nieuwe strafzitting moet brengen.
Meer persoonsgerichte aanpak
Verder zien we ook in het strafrecht dat de persoonsgerichte aanpak op verschillende gebieden steeds meer tot wasdom komt. Mede door betere samenwerking bij de eerste fasen in het strafrechtproces lukt het om effectiever te straffen doordat we nog beter zicht krijgen op de verdachte. Een voorbeeld: we kunnen het OM en de rechtspraak relevante informatie verstrekken over verdachten die zij kunnen betrekken in de strafmaat. Onze informatie kan ervoor zorgen dat het OM en de rechter rekening kan houden met eventuele schuldenproblematiek en op basis daarvan anders en dus effectiever kan straffen. Dit voorbeeld zien we terug in het Actieplan verbetering strafrechtketen waar momenteel met alle partners in de keten hard aan gewerkt wordt door het realisatieteam onder regie van het Bestuurlijk Ketenberaad, waar ik deel van uit maak.
We zien ook dat de uitbreiding van werkzaamheden bij het CJIB door de invoering van de Wet USB in 2020 en met name de daarin verankerde regierol in de tenuitvoerleggingsketen, zorgt voor een steeds completer beeld van de verdachte en veroordeelde. Hierdoor komt de echte persoonsgerichte tenuitvoerlegging steeds meer binnen bereik. Dit blijkt ook uit de ontwikkeling van rapportages. Op basis van de wet Straffen en Beschermen ontwikkelt het CJIB een rapportage met betrekking tot een veroordeelde. Informatie voor deze rapportage krijgen we onder meer van de Reclassering en DJI. Uit deze informatie kan blijken dat er bijvoorbeeld nog andere sancties ten uitvoer moeten worden gelegd. Of dat een veroordeelde nog een schadevergoeding moet betalen.
Onderdeel van deze rapportage kan ook een ‘Slachtofferrapportage’ zijn. Met de Wet Straffen en Beschermen heeft het CJIB de taak gekregen om slachtoffers te vragen naar hun beschermingsbehoefte. Wil het slachtoffer bijvoorbeeld dat er een contactverbod komt?
De feiten uit de volledige rapportage, worden dan meegewogen in het oordeel van het OM bij het stellen van voorwaarden aan een voorwaardelijke in vrijheidsstelling en door DJI als het gaat om het starten en doorlopen van een penitentiair programma. Uiteindelijk werkt op deze manier de volledige keten meer persoonsgericht en dat verbetert de ten uitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen. Het CJIB doet dat nooit alleen, maar altijd in samenwerking met de hele strafrechtketen en met continue blik op dienstverlening naar burgers en partners in de keten.
Ik draag graag het stokje over aan Michiel de Ridder, sinds 1 september 2021 directeur Strafrechtketen: “Je staat nu een paar maanden aan het roer, kun je al meer vertellen over wat je is opgevallen maar ook waar je je accenten zou willen leggen?”
Meer weblogberichten
Reactie toevoegen
U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.
Reacties
Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.